Monthly Archives

juni 2015

Gezien & Gelezen

Nederlandse rozen uit Kenia.

28 juni 2015

 

Nederlandse rozen uit Kenia

gelezen in de Volkskrant

Afgelopen zaterdag (27 juni 2015) las ik in het Economiekatern van de Volkskrant het artikel “Nederlandse rozen uit Kenia, op een koopje”.
Best een genuanceerd artikel. Ik kreeg bijna medelijden met de geïnterviewde teler van

“een keurig bedrijf”

duizenden rozen per dag

In Kenia worden de rozen in kassen geteeld. Vervolgens knippen vrouwen (ja, vooral vrouwen) 2.400 rozen per dag, waarvoor ze 2,50 euro betaald krijgen.

2.400 rozen per dag!

De rozen worden gesorteerd, gebundeld en verpakt. De verpakking varieert, afhankelijk van de Europese supermarkt waar het bosje uiteindelijk verkocht gaat worden.

Zo komen 2,8 miljard rozen van Kenia naar Nederland.

die rozen bij AH

Nederlandse rozen uit Kenia?

Ik associeer die rozen met AH.

Daar zie ik ze regelmatig; in het bloemenrekje waar ik langsloop op weg naar de uitgang.

Het zijn van die in wezen armetierige, maar toch ook ergens best wel vrolijke bosjes met gesorteerde gekleurde roosjes. Dat is het beeld dat ik voor ogen had tijdens het lezen.

Ze staan na de kassa. Je wordt geacht bloemen en planten apart af te rekenen bij de info balie, waar je ook sigaretten kunt kopen.

God zij dank voor die extra barrière. De boodschappen liggen dan al betaald en wel in mijn winkelwagentje en ik heb dan meestal nog maar een idee: zo snel mogelijk naar huis. Veel te gehaast om voor zo’n bosje weer een keer langs een kassa te moeten.

Soms kom ik tegen beter weten in toch in de verleiding om zo’n bosje te kopen. Vooral als ze in de aanbieding zijn. Twee bossen voor 5 euro of zo iets.

Godbetert. Tuurlijk weet ik dat dat niet kan. Zo goedkoop.

En dan toch. Ook, nadat ik inmiddels uit ervaring weet dat die rozen nooit allemaal uitkomen. Dat de meeste binnen een paar dagen hun kopjes laten hangen en ik me dan heel erg genaaid voel.

sinds Moederdag

Maar sinds Moederdag dit jaar koop ik die dingen niet meer.

Toen hoorde ik voor het eerst dat de meeste van onze ‘Nederlandse’ supermarktrozen uit Afrika komen. Via Facebook kwam mij de campagne onder ogen die HIVOS al jaren rondom Moederdag en Valentijnsdag organiseert. Het zijn uitgelezen dagen om de consument te wijzen op

“de erbarmelijke arbeidsomstandigheden in de Afrikaanse rozenteelt.”

Bij mij heeft de HIVOS-campagne gewerkt. Het was het broodnodige laatste zetje, gecombineerd met die hangende kopjes, waardoor ik tegenwoordig de verleiding om zo’n bosje rozen uit Kenia aan te schaffen met het grootste gemak kan weerstaan. En dat blijft zo, ondanks het genuanceerde artikel, ondanks de best valide argumenten van de teler, ondanks het vermoeden dat werk in Afrika sowieso beter is dan geen werk.

Ik werd overigens getriggerd om het artikel te lezen, omdat ik naar aanleiding van de HIVOS-campagne op Moederdag een gedicht schreef over die rozen uit Afrika (http://de50plusmeisjes.nl/moederdag-met-rozen-uit-afrika/).

Gedicht

dag moederdag

dag moeder

rozen speciaal voor jou
ingevlogen uit Afrika

daar waar
rode rozen
en witte rozen
en gele rozen
en roze rozen
onder ongeëvenaarde omstandigheden
tot wasdom komen

gekoesterd door 12 uur zon
en 12 uur schaduw

geplukt door de zwarte handen
van zwarte moeders
en aanstaande moeders

gebonden tot een bos
van 10 of 20

geschikt door blanke handen
van blanke dochters

„dag mam
kijk eens hoe mooi
al die kleurtjes

zal ik ze even in een vaasje zetten”?

Mindstyle & Lifestyle

50plusmeisje ontdekt opnieuw ‘vrijheid blijheid’

17 juni 2015

vrijheid, blijheid

Dochterlief heeft geen school meer (haar middelbare schooltijd zit erop) en is vandaag met haar vriendje naar Amsterdam.

Manlief heeft woensdag zijn wekelijkse avondje met vrienden en komt pas laat thuis.

Dat gaf me de hele dag al het gevoel van vrijheid.

Ik rondde mijn werk op mijn gemakje af en stapte vervolgens relaxed op de fiets huiswaarts.

In Den Haag centrum was het enigszins bewolkt edoch zeer aangenaam van temperatuur. Het was een drukte van belang op en rondom de Grote Markt en de terrassen zaten vol. Het leek wel of heel Den Haag genoot van een biertje of roseetje op deze doordeweekse woensdagnamiddag.

ansichtkaart den haag

Mensen kijken is in Den Haag leuker dan elders. Getatoeëerde Scheveningers bewegen zich gebroederlijk naast ongelooflijk jonge jongetjes archaïsch gekleed in krijtstreep, stropdas en brogues. Daartussen loopt een stoere meid op kistjes met een flinke rode streep door het verder gitzwarte haar.

En dan zijn er de studenten (daarvan zijn er in Den Haag steeds meer) die achter opengeklapte laptops aan het studeren en discussiëren zijn.

Ik genoot volop van de gevarieerdheid van Gods schepping, ondertussen scherp oplettend om te voorkomen dat ik in de drukte zomaar een gehoofddoekte moslima van de sokken zou rijden

Wie zag ik daar opeens in de verte? Was dat…? Ja, het was inderdaad een studiegenootje, die ik al lang geleden uit het oog was verloren, maar toch meteen herkende, alsof ik gisteren nog naast haar in de collegebanken had gezeten. Als kunsthistorica beschik ik over een uitstekend visueel geheugen. Namen onthouden is echter niet zo mijn fort. Gelukkig had zij hetzelfde. We herkenden elkaar van gezicht -bij ons beiden gierden de herinneringen door de hersenpan- maar qua naam moesten we elkaar een beetje helpen. Jolande (geen Jolanda).

Dat liet onverlet, dat we binnen de kortste keren in een diepgaand gesprek verwikkeld raakten. Over de vriendjes van vroeger en de echtgenoten van nu. Over onze kinderen en het werk. Hoe is het met…? Wat doe jij nu…? Hoe is het daar en daarmee…? Laatst zag ik nog die en die…

Ieder (50plus)meisje herkent dat wel. Dat sfeertje van unter freudinnen.

vrijheid blijheid op Het Plein in Den Haag

Van de rand van het fietspad verkasten we na een kwartiertje of zo naar een terras op Het Plein. Wijntje erbij en een portie gefrituurde garnalen gevolgd door een portie bitterballen (ik jaagde er in no time het calorienrendement van mijn balansdag doorheen).

Na een uurtje of twee waren we behoorlijk bijgepraat. Na het uitwisselen van onze visitekaartjes en de belofte om met een paar andere meiden van weleer binnenkort een reünietje te organiseren, gingen we uiteen.

Dat dat weer kan! Ik voelde me vanmiddag een jaar of 25 en genoot van ‘vrijheid blijheid’.

 

 

 

 

 

 

 

Gedicht

Vandaag zou mijn moeder 90 jaar geworden zijn. Gedicht ‘zonder moeder’

16 juni 2015
gedicht 'zonder moeder'

zonder moeder

op het zwarte vest
tref ik nog
je tedere grijze haren

ik laat ze

met je laatste maaltijd
bevlekte je je doodskleed

ik laat je los
ik pak je vast
je gezicht als was het van was

ik streel je arm
zepig, vettig
al
stervende in het versterven
nog voor de laatste
dunne zucht

je gebroken ogen geloken
krijgen een betekenis
verdwenen hun diepten
stuitend op troebel grijs

naast je
liet je me verweesd achter

Vandaag zou mijn moeder 90 geworden zijn

Rome 2010

Een jaar geleden was je er nog: http://de50plusmeisjes.nl/demente-moeder-wordt-verzorgd-in-verpleeghuis/

Mindstyle & Lifestyle Persoonlijk & Intiem

It takes a village to raise a child

13 juni 2015

eergisteren

Eergisteren was niet alleen de dag dat ik 57 werd. Eergisteren was ook de dag dat mijn dochter haar gymnasiumdiploma binnensleepte.

Eergisteren zette ik een streep onder het moeder zijn van een kind op de middelbare school. Dat geeft een gevoel van voldoening (en ook een beetje van weemoed, maar dat wil ik nu even laten voor wat het is, want daar heb ik het al zo vaak over (lees mijn blog: de 50plus blues).

Mijn kleine meisje stapt een drempel over. Na de middelbare school zal ze nu nog meer haar eigen weg gaan. Zo moet dat ook.

verlangen naar een tweede

Onvermijdelijk waren de afgelopen dagen ook dagen van terugkijken. Als 50plusmeisje word ik daarin steeds bedrevener.

Toen ik 18 jaar geleden als BOM (bewust ongehuwde moeder/tegenwoordig BAM bewust alleenstaande moeder) voor de tweede keer aan het avontuur van het moederschap begon, liep ik tegen de 40. Bij de geboorte van mijn eerste kind was ik net 30. Tussen de geboorte van de eerste en de tweede lagen zeven tropenjaren. Opvoeden bleek een slopende bezigheid. Mijn zoon was geen makkelijk ventje. De eerste twee jaar huilde hij (in mijn herinnering) aan een stuk door. Vooral ’s nachts.  Dat wakker worden, tot wel zes keer per nacht, deed me behoorlijk de das om die eerste jaren.

Ook daarna ging niet alles van een leien dakje. Hij was niet erg gecharmeerd van gezag, moeilijk in het gareel te houden en ook geen ster in het zichzelf vermaken. Zeker weten ‘a handful’ (lees mijn blog: zoon afgestudeerd als acteur de toekomst tegemoet).

Waar kwam dan toch dat verlangen naar een tweede vandaan? Sterk leefde bij mij de vraag of dit het nu was, het moederschap. Dit geploeter met mijn zoon. 

mijn moederschap onder het fileermes

it takes a village to raise a child

Ik voerde dagelijks een innerlijke strijd over de juiste pedagogiek. Straffen of belonen? Blijven uitleggen of op de vraag “waarom” ook eens gewoon een kortaf “daarom” antwoorden? En vervolgens was er dan het dilemma of je tactieken kon afwisselen of juist consequent voor één methode moest kiezen. Ik leed zwaar onder deze keuzestress. Ik wilde het zo graag goed doen. 

En dan waren er natuurlijk ook de keren dat ik mijn geduld verloor, dat ik zo boos werd dat ik ging schreeuwen, dat ik soms ook sloeg. Dat kwam mijn moeder-zelfbeeld niet ten goede. Ik werd gekweld door schuldgevoel en vooral door de schuldvraag. Lag het aan mij? Kwam het doordat zoonlief geen doorsnee mannetje was? Of lag de oorzaak in de combinatie van onze karakters? Bij de keuze voor een tweede kind speelde zeker mee, dat ik hoopte proefondervindelijk een antwoord te krijgen op vragen als: zou een tweede kind opvoeden mij makkelijker afgaan? Zou ik voor een tweede kind een ‘betere’ moeder zijn? 

Ondertussen tikte ook de biologische klok onverstoorbaar door. Gaf dat de doorslag?

verlangen naar het moederschap

Al heel jong had ik een sterk verlangen naar het moederschap (lees mijn blog: 56 jaar vandaag). Vroeg men mij wat ik wilde worden dan antwoordde ik steevast: “moeder” (de eerlijkheid gebied dat ik er in een adem aan toevoegde: “en advocaat”). Jarenlang was poppenmoedertje spelen mijn favoriete tijdverdrijf. In mijn kamertje prijkten een wieg met geblokte gordijntjes (de favoriete slaapplek van poes Mickey), een rieten poppenbedje en een houten kinderstoel. Ik had veel poppen en poppenkleertjes en -schoentjes. Een grote mand lag vol met accessoires zoals flesjes, bordjes, lepeltjes en vorkjes. In mijn fantasie was ik moeder van een groot gezin. Mijn poppen waren mijn kinderen. Als ze ruzie maakten, werden ze in de hoek gezet. Als ze huilden, werden ze getroost. Als ze honger hadden, kregen ze de borst of de fles.  

Ik had een grote levensechte pop die op eigen benen kon staan; een pop die mamma zei, als je aan een touwtje op haar rug trok; een pop met een speen; een pop met een duim in de mond en een pop met een flesje. Ik had poppen met blonde haren en met zwarte haren. Ik had zelfs een negerpop. Het was een baby-plaspop met een piemeltje. Als je er van boven iets vloeibaars instopte, stroomde dat er tussen zijn beentjes weer uit. Ik voerde die pop van alles. Sinaasappelsap met vruchtvlees (want gezond), in thee gesopte koekjes, geprakte aardappel; wat er maar door de kleine ronde opening in zijn mondje gepropt kon worden, verdween naar binnen. Totdat de stank van beschimmeld voedsel mijn moeder alarmeerde en zij de pop moest onthoofden voor een grondige inwendige reinigingsbeurt.

Mijn poppen stonden op een plank boven mijn bed. Elke avond koos ik er een, die bij me mocht slapen.

Mijn kinderfantasie zal vast ook een rol hebben gespeeld in mijn wens om nogmaals moeder te worden. En….ik wilde ook zo graag nog een meisje.

Waren het voornamelijk egocentrische redenen? Was het instinctieve voortplantingsdrang? Ik weet het niet. Feit is dat ik in 1996 weer zwanger was.

En ja…het werd een meisje. En ja…het was een rustig, lief en meegaand kind. En ja…dan is er wel weer iets anders waar je tegenaan loopt.

tropenjaar

Zo was het afgelopen jaar een tropenjaar. Het was me een jaar van jewelste. Niet alleen omdat het een eindexamenjaar was. Er speelden ook heftige ‘externe omstandigheden’ mee. Daar heb je als moeder geen vat op. Het was een jaar, waarin wij als gezin en mijn dochter in het bijzonder afscheid moesten nemen van een aantal dierbaren.

De dood is onherroepelijk. Je hebt geen invloed op dat naakte feit. Je hebt wel invloed op hoe je ermee omgaat.

Je moet ruimte geven aan het verdriet. Je moet tijd nemen voor rouwen en verwerken. Ik moest zelf verwerken. Maar ook mijn kinderen en vooral mijn dochter moesten verwerken. Ondertussen gaat het leven gewoon door. Hoe bewaar je daarin het evenwicht?

Ik stond dit jaar wederom voor (soms duivelse) dilemma’s over dagelijkse dingetjes. Steeds moest ik afwegingen maken, beslissingen nemen. Heel veel keren zag ik mijn dochter dit jaar wegzakken in somberheid. Wat was ze wit, zo in en in bleek. Wat zag ze er moe uit, met donkere kringen onder haar ogen. ‘ s Ochtends zat ik gespannen aan de ontbijttafel. Hoe zou ze naar beneden komen? Zou ik haar een dagje thuis houden of ‘gewoon’ naar school laten gaan? 

Ondertussen zette ik mijn eigen gevoelens maar even in de ijskast. 

it takes a village to raise a child

Gelukkig stond ik er niet alleen voor. Echtgenoot B. en ik deelden lief en leed en -heel belangrijk- meestal zaten we ‘op een lijn’. Op school was er die wijze en warme, maar ook praktische en realistische mentor. Ze was een steun en toeverlaat voor onze dochter en voor ons. Op de dagen dat ik naar school belde om mijn dochter ziek te melden, kreeg ik de meest fantastische conciërge aan de lijn. Een conciërge die de leerlingen kent, die weet wat hen beweegt en wat er speelt. Die een bemoedigend woord heeft en oprecht ‘sterkte’ wenst. En dan was er nog José van wie wij professionele hulp kregen. Letterlijk en figuurlijk een éminence grise. Wij waren de laatste ‘casus’ voor haar pensionering. Haar rust en betrokkenheid waren fenomenaal en we mochten de vruchten plukken van jarenlange ervaring.

Last but not least stonden onze vrienden en naaste familieleden in een beschermende kring om ons heen.

It takes a village to raise a child. Ik prijs me gelukkig dat ik het afgelopen jaar in een village mocht wonen.

It takes a village to raise a child

Eindexamenuitslag. School, een veilige haven.

Gedicht

Jarig. Vandaag vier ik mijn 57ste verjaardag.

11 juni 2015

Jarig

 

vroeger dan gehoopt

werd ik gewekt door een bromvlieg

achter mijn vitrage

hoorde ik paniek

ik stond op uit mijn bed

opende de gordijnen

om mijn bromvlieg te bevrijden

vliegensvlug moest ik mijn ogen dichtknijpen

tegen het felle zonlicht

het is een stralende dag

mijn 57ste verjaardag