Browsing Tag

50plus

50plus fashionista

Body warmer van Claudia Sträter. Spijkerbroek van Angels. Elegante laarzen met een hakje.

8 januari 2018
bodywarmer Claudia Sträter spijkerbroek Angels

Body warmer van Claudia Sträter. Lekker warm en comfortabel. Daar heb ik behoefte aan.

Ik was de hele week aan huis gekluisterd. Herstellende van bronchitis.

Dagen zat ik hoestend en proestend in pyjama op de bank. Langzaamaan krijg ik weer puf om mezelf aan te kleden. Ik heb behoefte aan warm en comfortabel met een ‘touch of elegance’.

Ik vind dat in de deze combinatie:

  1. een pluizige, halflange body warmer van Claudia Sträter
  2. een dunne beige blouse van 100% zijde
  3. een skinny spijkerbroek van Angels
  4. elegante blauwe laarzen met een klein hakje.

Claudia Sträter. Een Nederlands merk dat mij goed past.

Ik ben een relatief klein vrouwtje (1.65 m.) met een appelvormig lijf en behoorlijke borsten (cup C-D). De ervaring heeft me geleerd, dat kledingmerken die zich richten op de Nederlandse en Duitse vrouw mij meestal goed passen. Zo ook de kleding van Claudia Sträter; een Nederlands concern met het hoofdkwartier in Diemen. Puur Nederlands design dat mikt op vrouwen vanaf ca. 35 jaar.

 

body warmer Claudia Sträter spijkerbroek van Angels

Ik ben zo blij met deze body warmer van Claudia Sträter. Na lang aarzelen uiteindelijk toch gekocht. Ik aarzelde, omdat dit kledingstuk me ‘compact’ maakt. En meestal kies ik met mijn kleine postuur bij voorkeur niet voor een ‘over de kont’-lengte. Aan de andere kant verhult deze body warmer mijn appelfiguur. Bovendien is het een echte eyecatcher met die brede strepen in afwisselend beige en blauw. Makkelijke kleuren ook om mee te combineren. Zoals de meeste vrouwen heb ik heel wat beige en blauwe kleding in de kast hangen.

Ik noem dit nu wel een body warmer, maar misschien is het eerder een mouwloos vest? Of een lange gilet? Ik ben dol op gilets.

In een eerder blog liet ik jullie zien, hoe ik een stoere gilet draag op een chique Mart Visser jurk.

harige body warmer met zijden blouse

body warmer van Claudia Sträter met zijden blouse

Eerst probeerde ik de body warmer op een blauwe coltrui. Maar het blauw was net even anders en dat was geen gezicht. De combinatie met een beige blouse vond ik meteen een succes. Het is een blouse van 100% zijde, die ik al heel wat jaartjes draag. De dunne soepele stof contrasteert spannend met de harige structuur van de body warmer.

De halflange mouwen van de blouse zijn ook erg fijn. Lange mouwen zijn bij mij vaak echt té lang en vallen dan tot halverwege mijn handen. Omslaan kan een optie zijn, maar meestal komen er dan lelijke naden in zicht, die mijn polsen dikker maken.

Halflange mouwen zijn bovendien erg ‘gebruiksvriendelijk’.  Weinig kans dat ze in de soep of saus terecht komen.

Bij deze blouse zijn de mouwen ‘aangerimpeld’. Zo elegant vind ik dat.

De kleur van de blouse past mooi bij mijn huidskleur. De beige mouwen vormen een doorlopend geheel met mijn beige armen.

Ik moet altijd uitkijken dat lichte kleding bij mij niet te bleekscheterig wordt. Door de brede blauwe strepen van de body warmer is dat gevaar bij deze combinatie ondervangen.

laarzen over mijn spijkerbroek ofwel mijn spijkerbroek in mijn laarzen

Ik draag graag laarzen over mijn broek. Ik heb er geen statistisch onderzoek naar gedaan en ook op google kan ik er niet 1-2-3 iets over vinden. Maar ik heb het idee, dat best veel vrouwen van 50plus hun broek in hun laarzen dragen. Dat voelt hip. Tenminste bij mij.

Nou is het niet altijd een onverdeeld genoegen, je broek in je laars stoppen. Zeker als de pijpen aan de onderkant wat wijd uitlopen en/of als de stof wat dikker is. Daar kan ik echt last van krijgen.

(Ik vond overigens dit videootje op libelle tv met een handige instructie ‘broek in laars proppen’.)

Mijn skinny spijkerbroek van het merk Angels leent zich er gelukkig uitstekend voor om in mijn laarzen gedragen te worden.

Qua kleur lopen de blauwe laarzen en de spijkerbroek mooi in elkaar over. Laarzen van een contrasterende kleur zouden mijn benen in 2-en delen. Met mijn helaas niet al te lange benen is dat geen aanrader. Door laarzen en broek in eenzelfde kleur te houden, creëer ik optisch meer beenlengte. Dat effect wordt nog versterkt door het hakje.

elegante laarzen met hakjes

laarzen in broek

Voor dit 50plusmeisje wordt het een steeds grotere uitdaging om op hakken te lopen. Ik doe er alles aan om het zo lang mogelijk vol te houden, want die hakken geven mij net dat extra beetje lengte dat ik als kleine vrouw met korte benen zo goed kan gebruiken. Maar ik wil er geen pijn in mijn voeten aan over houden. Die tijd heb ik echt gehad. Om nog maar te zwijgen over het risico op een hallux valgus. Je weet wel, zo’n scheefgegroeide grote teen met lelijke en vaak pijnlijke knobbel.

Nieuwe schoenen moeten sowieso meteen bij aanschaf goed zitten. Mijn voorkeur gaat uit naar exemplaren die bij de eerste pasbeurt aanvoelen als pantoffels. Daarna paradeer ik nog zeker drie rondjes door de winkel. Blijft het lekker voelen, dan is de kans groot dat ik het heel wat uurtjes op dit schoeisel kan uithouden.

En…. dat verkooppraatje

“Ach mevrouw, ze lopen nog uit hoor…”

daar trap ik al jaren niet meer in!

Mindstyle & Lifestyle

Dutch Design Week voor 50plussers

6 november 2015
Dutch Design Week. De hond als Man's Best Friend

Dutch Design Week is een feestje voor 50plussers

In oktober ga ik als het even kan naar de Dutch Design Week in Eindhoven (DDW). Wat een feest is dat, elk jaar weer.

Het is in de loop der jaren wel drukker en commerciëler geworden. Het begon in 2002 met 20 deelnemers. Dit jaar was op bijna honderd locaties het werk van 2.500 designers te zien rondom het thema “What if….”. Het negendaagse event trok meer dan 275.000 bezoekers.

Met stip op nummer 1 staat voor mij de Graduation Show. En niet alleen voor mij. Het is dé publiekstrekker van de DDW. In de leslokalen van de Design Academy, de zgn. Witte Dame, is het afstudeerwerk van de leerlingen te zien. De studenten zelf zijn ook aanwezig. Ze lichten toe, leggen uit, beantwoorden vragen, discussiëren met de bezoekers en netwerken dat het een lust is.

Het was dit jaar voor het eerst dat een grote groep medebezoekers me soms het zicht belemmerde en ik in de rij moest staan om het tentoongestelde recht in de ogen te kunnen kijken. De drukte had ook effect op het enthousiasme en de bezieling van de studenten. Ik was er het laatste weekend en tegen die tijd hadden ze inmiddels honderden keren per dag ongeveer hetzelfde praatje afgedraaid en was elke denkbare vraag al langs gekomen. Op een enkeling na klonken de meesten vermoeid en enigszins mechanisch. Begrijpelijk, maar ik kon op een zeker moment het gevoel van teleurstelling niet onderdrukken.

Shit dacht ik, dat wil ik niet. Ik rechtte mijn schouders en schudde de ergernis van me af. Ik waande me alleen en dwars door de mensenmassa heen liet ik me als vanouds meevoeren op de verbeeldingskracht van de afstudeerders en voelde de aanmaak van endorfine, serotonine, dopamine en weet ik wat voor andere geluksstofjes omhoog schieten.

De Graduation Show toont een geweldige eruptie van creativiteit van authentieke doeners en autonome denkers uit alle uithoeken van de wereld. Van experimentele concepten tot vingeroefeningen in vorm op de vierkante centimeter. Van nieuwe vindingen, producten, productiemethoden, systemen, diensten, vormen en materialen die over een paar jaar vast en zeker toegepast zullen gaan worden in de industrie, die ons werk zullen veranderen, die invloed zullen hebben op ons alledaagse dagelijkse leven.

3d printen met beton, zelf je pil checken en indrukwekkende foto’s

3d betonprinter aan het werk

Nog maar korte tijd geleden verdrong het DDW-publiek zich om een kleine kubus, waarin een van de eerste 3-d printers vaasjes produceerde van verschredderd plastic afvalmateriaal. Nu zag ik enorme 3-d printers die betonnen onderdelen van 13 meter lang en 6 meter hoog kunnen printen in alle denkbare vormen.

pill checker van Nick Jong Dutch Design Week 2015

En wat te denken van de Pill Checker van Nick Jong. Het is een apparaatje met bijbehorende app, waarmee de hedendaagse feestganger (onze kinderen!) eenvoudig zelf xtc-pillen kunnen testen met hun smartphone. Wie weet wat wij als 50plus-pilslikkers daar nog voor baat bij gaan hebben? Misschien kunnen we over een tijdje goedkope op internet gekochte pillen controleren?

in limbo embassy van

Of die foto’s die Alexander Popelier maakte voor het geëngageerde en actuele project In Limbo Embassy van Manon van Hoeckel. Die blijven een hele tijd op mijn netvlies staan. Niet in het minst, omdat de dekens zo herkenbaar zijn.

twee jonge vrouwen maakten indruk op dit 50plusmeisje

Ik raakte bijzonder onder de indruk van het werk van twee jonge vrouwen. Een Zuid-Koreaanse en een Vlaamse.

Als 50plusser word je helaas vaker geconfronteerd met de dood dan de generaties voor je. Met het wegvallen van rituelen die houvast bieden, is rouwverwerking tegenwoordig een hele kunst. Hoe mooi is het dan om te zien dat Eun-Hae-Kwon voor haar master in ‘Contextual Design’ nadacht over nieuwe rituelen voor rouw na verlies van een dierbare. Ze wil dat rouwen weer een plaats krijgt in de samenleving en niet wordt weggestopt in het privé-domein. Met Gates of Mourning ontwierp ze een nieuw architectonisch ‘rouw’model voor begraafplaatsen in de vorm van vijf poorten. De vijf poorten vertegenwoordigen de vijf fasen van rouwverwerking, zoals omschreven door Elisabeth Kübler-Ross: ontkenning, woede, onderhandelen, neerslachtigheid en uiteindelijk aanvaarding. Behalve uit het werk van de Zwitserse psychiater zal Eun-Hae-Kwon vast ook geput hebben uit de rijke oosterse tradities op het gebied van rouwverwerking. Het levert diepgang op, die me blij en hoopvol stemt.

Embrace Melancholy 765 x 510

In Embrace Melancholy zoekt de in Gent geboren concept-designer Nel Verbeke naar mogelijkheden om reflectie en melancholie hun rechtmatige plek terug te geven in onze altijd-blije-Facebook wereld. Ze ging te rade bij oude rituelen rondom verlies en verdriet. Het leverde haar “cum laude” op in de studierichting ‘Man and Leisure’. Terecht wat mij betreft.

een hond is handig voor een 50plusser

Praktisch en meteen toepasbaar is ‘Man’s Best Friend’ van de Vlaming Archibald Godts.

Man’s Best Friend is in dit geval de hond. Ongeveer één op de zeven Nederlanders, waaronder een groot aantal 50plussers, heeft een hond, dus de doelgroep is fors.

Nu is een hond sowieso goed voor de lichamelijke en geestelijke gezondheid, lees ik op de site van Mens en Huisdier. Een hond helpt tegen eenzaamheid; houdt je in beweging; bevordert herstel na een hartaanval, etc. Archibald Godts voegt daar nog een dimensie aan toe, door het dier een van zijn oude functies terug te geven, nl. die van trek- en lastdier. Hij ontwierp een prachtige hondenkar, die ouderen mobiel houdt, een hondenrugtas om de boodschappen te vervoeren en een nekband met pillendoos. De hulpmiddelen zien er schitterend uit. Daarmee kan elke 50plusser voor de dag komen, zoals je op deze video kunt zien.

De onconventionele ideeën van de studenten van de Design Academy komen voort én dragen bij aan sociaal-maatschappelijke veranderingen. Ze creëren  verschuivingen in de creatieve industrie, die ook ten goede komen aan het welzijn na je 50ste.

Of, zoals DDW-directeur Martijn Paulen het zegt:

‘Designers denken na over hoe we straks leven en samenleven. Zij durven alles te bevragen, te dromen van een ander antwoord en dat vorm te geven. Zo leggen ze de basis voor innovaties van de toekomst.’

Chapeau!

 

Gezien & Gelezen Mindstyle & Lifestyle

Afvallen na je 50ste. Verlangen naar slanker.

13 oktober 2015
Afvallen

afvallen en overal zwangere vrouwen

“verlangen naar een 10 kilo lichtere versie van mezelf”

Met deze zin eindigde ik mijn vorige post.

Dat verlangen is niet weggeëbd, maar integendeel juist gevoed door allerlei artikelen over afvallen in kranten en tijdschriften en door reclameteksten in winkels en abri’s.

Het is geen toeval dat mijn oog daarop valt. Ik doe een beetje aan de lijn en dan zie je dat. Toen ik zwanger wilde worden, zag ik ook overal waar ik keek zwangere vrouwen.

images

paleo dieet volgens Tim Noakes

Zaterdag 26 september stond er een groot interview in de Volkskrant met bewegingswetenschapper Tim Noakes (Koolhydraatloos dieet. Interview met Tim Noakes).

“Hij geloofde 33 jaar lang dat vet slecht is voor het lichaam en dat koolhydraten gezond zijn. Nu is de Zuid-Afrikaanse bewegingswetenschapper Tim Noakes bekeerd en propageert hij fanatiek het koolhydraatloze en vetrijke dieet.”

Noakes schaart zich daarmee in de groep van de paleo-dieet-goeroes. Ook wel paleolithisch dieet of jager-verzamelaardieet genoemd, omdat het is gebaseerd op de (veronderstelde) voeding van onze voorouders in het paleolithicum zo’n miljoen jaar geleden.

Het aanbevolen dieet bestaat uit fruit, wortels, noten, vis, gevogelte en vlees van dieren die zich voeden met gras.

Noakes zegt in het interview dat hij eerst niet in een koolhydraatloos dieet geloofde, maar ‘bekeerd’ werd toen hij het een tijdje uitprobeerde.

“Ik wilde afvallen, dus ik ging het stiekem proberen. Al na een aantal dagen begon ik me beter te voelen. Ik heb het een jaar lang voor me gehouden. Mensen zagen natuurlijk wel dat ik afviel, maar ze wisten niet wat ik er precies voor deed.”

Paleo-featured-image-2

Een dergelijke zin triggert natuurlijk enorm als je af wilt vallen. Even googelen dan maar op paleo dieet. En wat lees ik dan:  je mag nulkommanul granen, peulvruchten, zuivel, zout, geraffineerde suiker of verwerkte oliën nuttigen. Ja, zonder brood, pasta of aardappels op het menu lukt dat afvallen wel. Zo kan ik het ook.

dat is lachen

Voor bekeerlingen is paleo-dieten echter niet op de eerste plaats een manier om af te vallen, maar een manier van leven, lees ik op internet.

Alleen aan mijn bureautje (ik schrijf nog op een desktop computer), schiet ik dan toch behoorlijk in de lach.

Dan zie ik die oermens voor me. Die haalden hun 10.000 stappen per dag wel (volgens weer andere gezondheidsgoeroes begint een gezonde, actieve leefstijl bij 10.000 stappen per dag). Ze waren de hele dag super actief. De mannen waren op jacht en de vrouwen zullen ook niet met een tijdschrift op de bank hebben gezeten.

Ook aan een gezonde nachtrust zal het ze niet hebben ontbroken. Het was met de kippen op stok en wakker worden zodra het licht werd.

10.000 stappen per dag en een gezonde nachtrust

Als we ons dat heden ten dage zouden kunnen veroorloven -meer dan 10.000 stappen per dag en een gezonde nachtrust- dan kwamen we een heel eind met het uitbannen van welvaartziektes als diabetes type 2, burn-out en obesitas. Maar dat krijgen we niet voor elkaar tegenwoordig. Daar hebben we geen tijd voor. Mijn werk vereist dat ik een groot aantal uren per dag aan de computer gekluisterd zit. Of ik ben onderweg in auto of trein. Tuurlijk kan ik tijdens de pauze (als ik die al neem) een wandelingetje maken i.p.v. in de kantine iets snacken, tuurlijk kan ik staand vergaderen, tuurlijk zou ik na het eten standaard een uurtje kunnen gaan lopen. Soms doe ik dat ook (goed hè). Maar in tegenstelling tot de oermens zijn al deze opties voor mij anno 2015 een keuze en geen noodzaak.

discipline en kracht

Het ontbreek mij -een over het algemeen meer dan gemiddeld gedisciplineerd vrouwmens-  aan discipline.

En het ontbreekt mij ook aan de kracht om allerlei lekkere verleidingen te laten staan. Hoewel, op de keper beschouwt leef en eet ik gezond. Altijd alles volkoren, altijd alles mager, weinig zout, geen suiker in koffie of thee, heel veel fruit en groenten. Het kost me niet veel moeite om ’s ochtends een kwartiertje eerder op te staan om een gezonde smoothie te maken met vruchten en havermout. Bijna elke dag kook ik met verse ingrediënten. Regelmatig zelfs uit eigen moestuin. Altijd neem ik de trap, nooit de lift en dan sport ik ook nog een aantal keren per week.

bmi en buikvet

Dan nog ben ik te zwaar. 70 kilo bij een lengte van 1.66 m. Dat komt neer op een BMI (Body Mass Index) van 25.4.

Als ik dat bereken met de daarvoor bestemde tool op de website van het Voedingscentrum BMI meten dan verschijnt onderstaande alarmerende tekst:

“Je bent te zwaar voor je lengte. Met een lager, gezond gewicht heb je een kleinere kans op bepaalde ziekten. Zorg er in ieder geval voor dat je niet verder aankomt en probeer iets af te vallen. Het Voedingscentrum helpt je om gezond af te vallen in 3 fases. Heb je daarnaast te veel buikvet?. Dan is het extra belangrijk om af te vallen want met een grote buikomvang is je risico op bepaalde ziekten verhoogd. Aanpassing van je eetgewoonten is nu een belangrijke stap. Neem contact op met de diëtist of huisarts. Zij helpen je hierbij.”

Te veel buikvet heb ik ook. Juist daar wil ik zo graag vanaf.

gewoon een beetje minder

Maar “contact opnemen met de diëtist of huisarts” gaat me toch te ver.

Ik ga eerst maar eens zelf proberen om “iets” af te vallen. Ik heb niet mijn hele leven lang moeten lijnen, zoals sommige van mijn vriendinnen. Als het al ‘moest’ dan ging het om hooguit een paar kilo.

In de afgelopen jaren is mijn gewicht beetje bij beetje opgelopen. Ook nu zou ik weer een paar kilo moeten afvallen. Maar waar de kilo’s er vroeger bij relatief minimale inspanning snel afvlogen, gaat dat na mijn 50ste een stuk minder makkelijk.

Ik besef natuurlijk heel goed dat het verlangen naar “een 10 kilo lichtere versie van mezelf” niet realistisch is. Diep down weet ik natuurlijk best dat die tijd niet meer terugkomt; 5 kilo lichter zou ‘heaven’ zijn; 3 kilo zou ik zonder veel moeite moeten kunnen halen. Ook met dit 50plus lichaam.

Dan zit ik meteen ook met mijn BMI weer in de veilige zone.

Hoe ga ik dat aanpakken? In ieder geval niet met crashdiëten bestaande uit drie drankjes per dag. I have been there.

Nee, ik moet natuurlijk allereerst de wijntjes laten staan. Elke dag twee glazen wijn is elke dag 200 calorieën.

Minder uit eten gaan zal ook helpen, want dan ga ik altijd voor de bijl met frites.

En ja, toch ook door de inname van koolhydraten te verminderen. Minder pasta, rijst, aardappelen en brood.

Voor mij geen rigoureus paleo dieet, maar misschien wel een aantal koolhydraatloze recepten downloaden op paleo-sites.

En verder gewoon een beetje minder van alles.

Of dat genoeg is? De tijd zal het leren. Zo niet, dan moet ik overschakelen op plan B.

Mindstyle & Lifestyle Persoonlijk & Intiem

It takes a village to raise a child

13 juni 2015

eergisteren

Eergisteren was niet alleen de dag dat ik 57 werd. Eergisteren was ook de dag dat mijn dochter haar gymnasiumdiploma binnensleepte.

Eergisteren zette ik een streep onder het moeder zijn van een kind op de middelbare school. Dat geeft een gevoel van voldoening (en ook een beetje van weemoed, maar dat wil ik nu even laten voor wat het is, want daar heb ik het al zo vaak over (lees mijn blog: de 50plus blues).

Mijn kleine meisje stapt een drempel over. Na de middelbare school zal ze nu nog meer haar eigen weg gaan. Zo moet dat ook.

verlangen naar een tweede

Onvermijdelijk waren de afgelopen dagen ook dagen van terugkijken. Als 50plusmeisje word ik daarin steeds bedrevener.

Toen ik 18 jaar geleden als BOM (bewust ongehuwde moeder/tegenwoordig BAM bewust alleenstaande moeder) voor de tweede keer aan het avontuur van het moederschap begon, liep ik tegen de 40. Bij de geboorte van mijn eerste kind was ik net 30. Tussen de geboorte van de eerste en de tweede lagen zeven tropenjaren. Opvoeden bleek een slopende bezigheid. Mijn zoon was geen makkelijk ventje. De eerste twee jaar huilde hij (in mijn herinnering) aan een stuk door. Vooral ’s nachts.  Dat wakker worden, tot wel zes keer per nacht, deed me behoorlijk de das om die eerste jaren.

Ook daarna ging niet alles van een leien dakje. Hij was niet erg gecharmeerd van gezag, moeilijk in het gareel te houden en ook geen ster in het zichzelf vermaken. Zeker weten ‘a handful’ (lees mijn blog: zoon afgestudeerd als acteur de toekomst tegemoet).

Waar kwam dan toch dat verlangen naar een tweede vandaan? Sterk leefde bij mij de vraag of dit het nu was, het moederschap. Dit geploeter met mijn zoon. 

mijn moederschap onder het fileermes

it takes a village to raise a child

Ik voerde dagelijks een innerlijke strijd over de juiste pedagogiek. Straffen of belonen? Blijven uitleggen of op de vraag “waarom” ook eens gewoon een kortaf “daarom” antwoorden? En vervolgens was er dan het dilemma of je tactieken kon afwisselen of juist consequent voor één methode moest kiezen. Ik leed zwaar onder deze keuzestress. Ik wilde het zo graag goed doen. 

En dan waren er natuurlijk ook de keren dat ik mijn geduld verloor, dat ik zo boos werd dat ik ging schreeuwen, dat ik soms ook sloeg. Dat kwam mijn moeder-zelfbeeld niet ten goede. Ik werd gekweld door schuldgevoel en vooral door de schuldvraag. Lag het aan mij? Kwam het doordat zoonlief geen doorsnee mannetje was? Of lag de oorzaak in de combinatie van onze karakters? Bij de keuze voor een tweede kind speelde zeker mee, dat ik hoopte proefondervindelijk een antwoord te krijgen op vragen als: zou een tweede kind opvoeden mij makkelijker afgaan? Zou ik voor een tweede kind een ‘betere’ moeder zijn? 

Ondertussen tikte ook de biologische klok onverstoorbaar door. Gaf dat de doorslag?

verlangen naar het moederschap

Al heel jong had ik een sterk verlangen naar het moederschap (lees mijn blog: 56 jaar vandaag). Vroeg men mij wat ik wilde worden dan antwoordde ik steevast: “moeder” (de eerlijkheid gebied dat ik er in een adem aan toevoegde: “en advocaat”). Jarenlang was poppenmoedertje spelen mijn favoriete tijdverdrijf. In mijn kamertje prijkten een wieg met geblokte gordijntjes (de favoriete slaapplek van poes Mickey), een rieten poppenbedje en een houten kinderstoel. Ik had veel poppen en poppenkleertjes en -schoentjes. Een grote mand lag vol met accessoires zoals flesjes, bordjes, lepeltjes en vorkjes. In mijn fantasie was ik moeder van een groot gezin. Mijn poppen waren mijn kinderen. Als ze ruzie maakten, werden ze in de hoek gezet. Als ze huilden, werden ze getroost. Als ze honger hadden, kregen ze de borst of de fles.  

Ik had een grote levensechte pop die op eigen benen kon staan; een pop die mamma zei, als je aan een touwtje op haar rug trok; een pop met een speen; een pop met een duim in de mond en een pop met een flesje. Ik had poppen met blonde haren en met zwarte haren. Ik had zelfs een negerpop. Het was een baby-plaspop met een piemeltje. Als je er van boven iets vloeibaars instopte, stroomde dat er tussen zijn beentjes weer uit. Ik voerde die pop van alles. Sinaasappelsap met vruchtvlees (want gezond), in thee gesopte koekjes, geprakte aardappel; wat er maar door de kleine ronde opening in zijn mondje gepropt kon worden, verdween naar binnen. Totdat de stank van beschimmeld voedsel mijn moeder alarmeerde en zij de pop moest onthoofden voor een grondige inwendige reinigingsbeurt.

Mijn poppen stonden op een plank boven mijn bed. Elke avond koos ik er een, die bij me mocht slapen.

Mijn kinderfantasie zal vast ook een rol hebben gespeeld in mijn wens om nogmaals moeder te worden. En….ik wilde ook zo graag nog een meisje.

Waren het voornamelijk egocentrische redenen? Was het instinctieve voortplantingsdrang? Ik weet het niet. Feit is dat ik in 1996 weer zwanger was.

En ja…het werd een meisje. En ja…het was een rustig, lief en meegaand kind. En ja…dan is er wel weer iets anders waar je tegenaan loopt.

tropenjaar

Zo was het afgelopen jaar een tropenjaar. Het was me een jaar van jewelste. Niet alleen omdat het een eindexamenjaar was. Er speelden ook heftige ‘externe omstandigheden’ mee. Daar heb je als moeder geen vat op. Het was een jaar, waarin wij als gezin en mijn dochter in het bijzonder afscheid moesten nemen van een aantal dierbaren.

De dood is onherroepelijk. Je hebt geen invloed op dat naakte feit. Je hebt wel invloed op hoe je ermee omgaat.

Je moet ruimte geven aan het verdriet. Je moet tijd nemen voor rouwen en verwerken. Ik moest zelf verwerken. Maar ook mijn kinderen en vooral mijn dochter moesten verwerken. Ondertussen gaat het leven gewoon door. Hoe bewaar je daarin het evenwicht?

Ik stond dit jaar wederom voor (soms duivelse) dilemma’s over dagelijkse dingetjes. Steeds moest ik afwegingen maken, beslissingen nemen. Heel veel keren zag ik mijn dochter dit jaar wegzakken in somberheid. Wat was ze wit, zo in en in bleek. Wat zag ze er moe uit, met donkere kringen onder haar ogen. ‘ s Ochtends zat ik gespannen aan de ontbijttafel. Hoe zou ze naar beneden komen? Zou ik haar een dagje thuis houden of ‘gewoon’ naar school laten gaan? 

Ondertussen zette ik mijn eigen gevoelens maar even in de ijskast. 

it takes a village to raise a child

Gelukkig stond ik er niet alleen voor. Echtgenoot B. en ik deelden lief en leed en -heel belangrijk- meestal zaten we ‘op een lijn’. Op school was er die wijze en warme, maar ook praktische en realistische mentor. Ze was een steun en toeverlaat voor onze dochter en voor ons. Op de dagen dat ik naar school belde om mijn dochter ziek te melden, kreeg ik de meest fantastische conciërge aan de lijn. Een conciërge die de leerlingen kent, die weet wat hen beweegt en wat er speelt. Die een bemoedigend woord heeft en oprecht ‘sterkte’ wenst. En dan was er nog José van wie wij professionele hulp kregen. Letterlijk en figuurlijk een éminence grise. Wij waren de laatste ‘casus’ voor haar pensionering. Haar rust en betrokkenheid waren fenomenaal en we mochten de vruchten plukken van jarenlange ervaring.

Last but not least stonden onze vrienden en naaste familieleden in een beschermende kring om ons heen.

It takes a village to raise a child. Ik prijs me gelukkig dat ik het afgelopen jaar in een village mocht wonen.

It takes a village to raise a child

Eindexamenuitslag. School, een veilige haven.

Gezien & Gelezen

Levenslessen uit de krant, ook Erna Sassen voelt zich nog dat 16-jarige meisje

28 januari 2015
krantenpapieren
levenslessen
zwart op wit

FullSizeRender

een feest der (h)erkenning

Een feest der (h)erkenning was het interview met Erna Sassen in de rubriek Levenslessen in NRC Weekend van 24-25 januari.

Erna Sassen is 53 jaar oud. Maar zegt ze:

„misschien voel ik me nog steeds dat 16-jarige meisje”.

Haar uitspraak sluit naadloos aan op de pay-off van de50plusmeisjes.nl: „van buiten 50plus van binnen nog dat meisje van 16”.
Ontleend aan een gesprek met mijn 80-jarige oma. Haar woorden zijn mij altijd bijgebleven. http://de50plusmeisjes.nl/oma/

zijn en voelen

De zin „Misschien voel ik me nog steeds dat 16-jarige meisje” liet me niet los.

Hij is zo aarzelend. Waarom gebruikt ze “misschien”? Waarom gebruikt ze „voelen”? Waarom zegt ze niet dat ze nog steeds dat 16-jarige meisje „is”.

Hoe verhoudt voelen zich tot zijn? Voelen impliceert een zekere afstand.
Voelen volgt na zijn. Je bent dit of dat, er gebeurt je zus of zo en daarna voel je daar dan iets bij.

Er is een groot verschil tussen alleen zijn en je alleen voelen, zeg maar.

Is Sassen tussen haar 16de en 53ste in wezen onveranderd gebleven? Of voelt zij dat alleen maar zo?

keep-calm-and-sweet-16-6

de zenuwen

Erna Sassen ‚deed’ de toneelschool. Lange tijd was ze werkzaam als actrice. Ze maakte haar eigen theatervoorstellingen en was op tv te zien als zuster Suzanne Lievegoed in Medisch Centrum West.

Ze wilde één persoon worden en dacht dat te kunnen bereiken op het podium. Met een vader die chronisch depressief was viel haar jeugd niet mee. Ze had weinig zelfvertrouwen en twijfelde aan het nut van haar bestaan. Een eetprobleem was een van de gevolgen.

Haar carrière als actrice ging uiteindelijk ten gronde aan ‚de zenuwen’. Heftige angstaanvallen voor het ‚opgaan’ kregen de overhand en dwongen haar te stoppen met theater.

Erna Sassen werd schrijfster. Van kinderboeken en boeken voor jongvolwassenen.

woede

Haar leven werd beheerst door woede. Woede was de drijfveer om te gaan schrijven. Boosheid werd gekanaliseerd door het bijhouden van een dagboek en het schrijven van brieven aan vriendinnen.

Tegenwoordig voelt Erna Sassen zich eindelijk veilig. Als schrijfster bedenkt ze het leven achter de computer.

„Ik bedenk het leven liever achter de computer, dan dat ik eraan deelneem”.

Heftig!

jij en de wereld

Erna Sassen is lang zoekende geweest hoe zich te verhouden tot de wereld. Ze is in wezen niet veranderd. Ze heeft wel haar eigen manier gevonden om met het leven om te gaan. Ze vond het niet in het theater. Ze vond het wel in het schrijverschap.

Fijn voor haar!

onze eigen weg

Zo gaan we allemaal onze eigen weg om met de rauwe realiteit van het leven te kunnen dealen.

Mindstyle & Lifestyle

Strand dilemma: badpak, bikini, monokini of helemaal zonder?

1 oktober 2014
50plusmeisje in bikini

strand #2. dilemma: badpak, bikini, monikini of helemaal zonder?

Meestal ga ik naar het naaktstrand.

Nu, aan het einde van het seizoen keer ik terug naar een andere favoriete stek: La Cantina aan het Zuiderstrand van Scheveningen.

Makkelijk bereikbaar en met een heerlijk terras om aan het einde van de dag iets te eten. Tegen mij hoef je nooit twee keer te zeggen „zullen we uit eten”. Niet koken en vooral niet hoeven te beslissen wat we die dag gaan eten….dat is altijd een feest.

Niet naar het naaktstrand stelt me wel voor de keuze: wat moet ik aan?

badpak

Eerder dit jaar kocht ik een badpak. Zowel met bandjes als strapless te dragen. En met bijpassende rok. Zo een met een brede band die niet knelt en waardoor er niet van die dikke rollen zichtbaar zijn als je gaat zitten. In plaats van fier rechtop met de buikspieren zo strak mogelijk aangespannen kan je met die rok lekker onderuit op je terrasstoel relaxen.

50plus meisje in strapless badpak

50plusmeisje in strapless badpak

bikini

Nu heb ik dus een badpak, maar eigenlijk draag ik nog steeds het liefst een bikini. Dat zit zo veel lekkerder. Ook al is het voor 50plusmeisjes toch meestal een heel ding en worstelt menigeen met de vraag „kan ik nog in bikini?”

Tja, die 50plussers. Je ziet er genoeg op het strand. Vaak poepiebruin. Dat zijn de diehards. Ze zitten er het hele seizoen vanaf het vroege voorjaar tot de laatste mooie dagen in de herfst.

Toch hebben veel 50plussers de strandgang op een gegeven moment vaarwel gezegd. Het was leuk zolang de kinderen klein waren en je lijf er nog een beetje uitzag. Maar daarna: dank je de koekoek.

Tenminste, dat schijnt vooral te gelden voor ‘dicht bij huis’. In eigen stad. Waar je collega’s en buren kunt tegenkomen.

Op vakantie naar het strand gaan, dat is een ander verhaal. Zelfs in bikini, of dan juist in bikini.

Verkoopsters van de betere lingerie winkels met een ruime bikini collectie, zoals De Magneet en Pink en Lie in Den Haag, vertelden me dat de meeste vrouwen een badpak kopen voor ‘op bekend terrein’ en een bikini voor op vakantie, waar ze verwachten geen bekenden tegen te komen.

bikinibroekje

bikinibroekje voor vrouwen zonder billen?

bikinibroekje voor vrouwen zonder billen?

In mijn kast ligt een bescheiden collectie. Een heel oude bikini waar nog rek in zit en die ik altijd bewaard heb. Het was een heeeel dure bikini, dat speelt ook mee. In de loop der jaren was die bikini te klein geworden, maar na mijn borstverkleining past ie weer. Alleen het broekje, dat lubbert een beetje. Daarom kocht ik er een nieuw broekje bij. Maar ook dat lubbert. Waarschijnlijk omdat ik zo weinig billen heb. Wat er overigens in de loop der jaren niet beter op wordt. Als zich daar nou eens wat extra vet ophoopte!

Eigenlijk is mijn conclusie dat ik geen goed zittend bikinibroekje kan vinden. Hoog opgesneden staat me niet. Dat is voor lange slanke benen. Ook zo’n broekje met van die pijpjes is geen succes. Die pijpjes maken mijn korte benen nog ‚compacter’.

vetrollen

Een bikinibroek moet qua hoogte voor mij ergens halverwege heup en taille zitten. Bij voorkeur met een band die je om kan slaan. Liggend is het broekje dan lekker klein, dus zo min mogelijk ‚afscheiding’. Staand maskeert de omhoog getrokken band die ondeugende vetrol net onder de navel.

50 plus bikinibroekje tussen heup en taille

50 plus bikinibroekje tussen heup en taille

Overpuilend buikvet is en blijft dramatisch. Ja toch? Zeker voor onze 50plus generatie. Als ik zo eens om me heen kijk, lijken veel jonge meiden een eer in hun vetrollen te stellen. Prima hoor, maar ik blijf het onesthetisch en onaantrekkelijk vinden.

vetrollen als je zit

vetrollen als je zit

bikini bovenstuk

En dan heb ik het nog niet over het bovenstukje gehad. Ook die keuze is geen sinecure. Allereerst is het sowieso een heel gedoe in zo’n paskamer. Je ziet er meestal niet uit. In het ‚zonnetje’ gezet door ongenadig tl-licht en met je haar in de war, omdat je net van alles over je hoofd hebt uitgetrokken en je natuurlijk vergeten was dat een blouse veel handiger is voor zo’n pas-sessie.

De meeste 50plus meisjes moeten bikini’s met maten xs-s-m-l-xl of 38-40-42 etc. links laten liggen en kiezen voor bikini’s met cupmaten. Bijvoorbeeld bovenstuk 80C en broekje 40. (ongeveer de ideale maten!). Kies voor het bovenstuk je bh maat (smokkel niet!) en voor het broekje je pantalon maat.

altijd eerst passen

En altijd passen! Ik snap sowieso niet hoe je op internet kunt kopen. Maar internet is natuurlijk wel de ideale inspiratiebron. Alle soorten en maten heb je dan op één scherm op een rijtje. Wat een variatie. Je hebt bandeau bikini’s, beugel bikini’s, halter bikini’s, tankini’s, push-up bikini’s, triangel bikini’s, fringe bikini’s etc. etc. Er gaat een wereld open!

Maar toch, ik blijf erbij: altijd passen!

Onlangs bracht ik twee dagen door in de Bonneterie. Bijna alles in mijn maat heb ik gepast. Het was opheffingsuitverkoop en de laatste kleding ging weg voor spotprijzen. Uiteindelijk ging ik met drie kledingstukken de deur uit. Die zitten dan ook echt perfect. Trekken niet, zijn niet te kort of te lang, hebben een kleur die me bekomt enz. Ik ga tegenwoordig ook altijd zitten als ik iets pas. Als je staat lijkt zo’n broek of jurk ok, maar als je dan gaat zitten blubbert er weer van alles over van alles heen. Ook hou ik er rekening mee dat mijn lijf ’s-avonds vaak een maat gegroeid is ten opzichte van de ochtend. Net zoals schoenen passen met koude voeten of met voeten waar je al een hele snikhete middag op gelopen hebt een maat verschil kan opleveren.

Verantwoord shoppen, zeker als je ook nog eens een beperkt budget hebt, daar moet je toch best een redelijk IQ voor hebben.

Gelukkig kan je dan lekker bijkomen op het strand.

bikini weetje

Eind 19de eeuw droegen vrouwen op het strand eigen creaties. Met gewichtjes in de zoom zodat de kleding niet omhoog zou gaan door het water en de wind. Begin 20ste eeuw verschenen de eerste badpakken. Dat ging niet zonder slag of stoot. Men vond het badpak zo aanstootgevend, dat draagsters ervan veelvuldig werden gearresteerd.
Op 3 juni 1946 introduceerde de Fransman Jacques Heim het eerste tweedelige badpak. Slechts een maand later showde de Franse ingenieur Louis Réard de échte bikini. Veel kleiner en gewaagder dan het tweedelige badpak. Volgens Reard mocht een tweedelig badpak pas bikini heten als deze door een trouwring gehaald kon worden. De naam bikini had hij ontleend aan nucleaire tests bij het eiland Bikini. Réard hoopte dat zijn uitvinding net zo explosief zou blijken. De bikini trok inderdaad veel aandacht en werd in vele landen verboden. Het Vaticaan noemde het een zondig kledingstuk.
Uiteindelijk zorgde Brigittte Bardot voor een doorbraak toen zij openlijk een bikini droeg tijdens het Cannes Film Festival in 1953. Op films verscheen de bikini voor het eerst in de James Bondfilm Dr. No op het goddelijke lijf van Ursula Andress.

                                                          11_bbardot_v_7jan11_rex                                    12_uandress_v_7jan11_PA

Gedicht ‘Als Eva’

als eva

als eva op het strand geweest
besmuikt laag bij de grond

blootgesteld aan de golven en de wind
zand tussen billen
schuurt de schaamte weg

rennen zodra je je onbespied waant
vrijgevochten de schuimkoppen in

schouders naar achteren
neus in de lucht
wie weet (her)kent iemand mij

dobberend omhoog en omlaag
overspoeld door zoute lust
de blik omhoog
wolken in het blikveld
de blik omlaag
borsten als heuvels
omspoeld door de Noordzee

de branding sleurt me
mee naar de kust
trekt mijn benen onder mij vandaan
laat mij gaan
als een nimf
naar de vloedlijn

keer op keer
van diep naar ondiep
niet te diep
omsloten
door de veiligheid
en bekendheid
van mijn herinnering

Links

http://www.lacantina.nl

http://www.naaktstrandje.nl/zuidholland/Scheveningen/Scheveningen.html

http://www.pinkenlie.nl

http://www.demagneetlingerie.nl

http://www.annadiva.nl/badmode.html

http://www.zwemkleding.nl/dames/bikini

http://www.isgeschiedenis.nl/toen/de-uitvinding-van-de-bikini/

http://www.vogue.co.uk/spy/15th-anniversary/deborah-fleming/brigitte-bardot-

Persoonlijk & Intiem

Strand van Scheveningen. Bij strandtent 't Puntje en naaktstrand.

12 juli 2014
Ik ben geboren uit zonnegloren 
En een zucht van de ziedende zee.
Strand van Scheveningen

Aan de Thaise soep bij strandtent ’t Puntje

Naar het strand van Scheveningen

De eerste regels van het gedicht „Iris” van de op 22 jarige leeftijd overleden Tachtiger Jacques Perk zijn mij op het lijf geschreven.

Zolang ik mij kan herinneren ga ik naar het strand van Scheveningen.

Als kind samen met mijn ouders. Later, zo tussen mijn 14de en 25ste, zonder ouders en ook nog zonder kinderen. Soms met vriendinnen, soms met een vriendje, vaak ook alleen.

Ik had veel tijd aan mezelf.

Als het maar even mooi weer was bekroop mij het onrustige gevoel van niet meer binnen kunnen blijven. Bij stralende zon was de keuze snel gemaakt: op naar het strand. Was het weer twijfelachtig dan kon ik lang dubben. Ga ik wel / ga ik niet.

Met de kinderen

Ook met de kinderen was ik veelvuldig op het strand te vinden. Wat wil je als je het voorrecht hebt er 10 minuten vandaan te wonen.

Vaste stek was La Cantina, bijgenaamd Mama’s Beach. Aan de zuidkant van de Scheveningse haven, tegen Duindorp aan, bij strandslag 12 krioelde het van de moeders met kinderen. En je kon gratis parkeren!

Een bijna militaristische voorbereiding was cruciaal. De avond ervoor een strandmaaltijd klaarmaken. Strandspullen alvast in de auto. Na het werk eerst naar huis om de koelbox te vullen. Vervolgens als een speer kind ophalen van crèche of NSO en richting strand. Meestal zaten we dicht bij de vloedlijn. Kinderen willen maar één ding en dat is de zee in.

Het eerste wat ze doen als de ouders een plekje hebben uitgezocht, is kleren uit en naar het water rennen.

Rond vijven vloeien strand en zee samen in een monochrome zilverkleurige gloed. Met elke golf licht het water op. Na een hectische dag werd ik overvallen door een gevoel van oneindige rust.

Veel badgasten vertrokken aan het einde van de middag richting huis. Het werd dan stiller op het strand.

Uit de koelbox kwamen gebraden drumsticks en een pot appelmoes. Met een patatje erbij was de maaltijd compleet. Of -meer verantwoord- een pastasalade met veel groente. En altijd een fles rosé. Er werd gegeten uit felgekleurde plastic bakjes van Ikea. Gedronken uit dito bekers.

Als je geluk had kwam je vrienden tegen. Het eten werd gedeeld. De moeders kletsten en de kinderen speelden.

Op het strand stond een douche. Daaronder werd kindlief vlak voor vertrek grondig schoongespoeld. Zand tussen de billen vandaan en luier aan. Opletten dat hij niet meer met het zand in aanraking kwam en thuis linea recta het bedje in.

De kinderen werden groter en wilden niet meer mee. Werk slokte alle tijd op. Het strand van Scheveningen verdween uit beeld.

Strandtent ’t Puntje

Nu ik in rustiger vaarwater ben gekomen hoef ik de lokroep van strand en zee niet meer te weerstaan. Noorderstrand 35 is favoriet. Te bereiken met fiets of benenwagen. Onderdeel van natuurgebied Meijendel.

Strand van Scheveningen

Noorderstrand 35

Onderaan de trap ligt strandtent ’t Puntje. Het is de laatste strandtent tussen Scheveningen en Wassenaar.

Als je op het duin naar links kijkt, zie je in de verte de pier. Hoe dichter bij de pier, hoe drukker het is. Richt je de blik naar rechts dan is het tegenovergestelde het geval. Daar beginnen de duinpannen en lonkt het naaktstrand. Daar is het strand uitgestorven aan de horizon.

Majesteitelijk daal ik op mijn slippertjes de lange houten trap af. Vier oude bunkers uit de Tweede Wereldoorlog kijken ‘gemütlich’ op me neer.

’t Puntje is zo’n ouderwets strandtentje zonder toeters en bellen. Met ronde tafeltjes en rieten stoeltjes. Zonder loungebanken of -bedden en zonder website of facebookpagina.

’t Puntje wordt gefrequenteerd door een aangename mix van Hagenaars en Hagenezen. Hoogblond en Benoordenhoutse types met een ’Beatrixkapsel’ liggen zij aan zij.

Overigens heeft de zon mijn geverfde haar inmiddels ook hoogblond gebleekt. Mijn uitgroeit is nog niet zodanig dat ik mij bij mijn geliefde kapper Ralph moet melden met ‚uitgroeialarm’. Het eerstvolgende bezoek worden het in ieder geval lowlights in plaats van highlights.

Lekkere koffie bij ’t Puntje. Voor mij standaard een dubbele espresso met 2 tinnetjes koffiemelk. Het koekje bij de koffie mag je zelf uit het trommeltje pakken.

Leuke boys achter de bar. Ook niet onbelangrijk. Good looking en vanzelfsprekend lekker bruin.

Zelf bij de bar bestellen. Er staat nooit een rij. Niemand heeft haast,

En voor de wc hoef je niet te betalen bij gebruik van een consumptie.

Just right for me.

Net als vroeger heb ik nog steeds een hekel aan het geploeter door het zand op zoek naar DE PLEK! Niet te dicht bij anderen. Niet te ver van de standtent vandaan, want af en toe een bakkie is een must. Dicht bij het water als het zo heet is dat je af en toe de zee in wilt. Dicht bij de duinrand als het koeler is.

Vanaf  ’t Puntje is het nog een flink stukje lopen naar het naaktstrand. De eerste naturisten zijn echter al meteen onderaan de trap neergezegen.

Wij, echtgenoot B en ik, redden het nog wel om een paar metertjes meer af te leggen, maar ook wij halen het bord met de markering. „Naturistenstrand” meestal niet. Zeker niet als het heet is en het mulle zand onder je voeten brand.

In het voorjaar gaat ons dat beter af. Dan is het nog frisjes en lokken de duinpannen die beginnen ter hoogte van het naaktstrand. Dan is het strand nagenoeg uitgestorven.

Liggend in ons duinpannetje verkeren we in de veronderstelling alleen op de wereld te zijn. We liggen er beschut en geborgen in een kommetje zand en temidden van ruisend helmgras. We doen ons eerste voorzichtige kleurtje op.

Als het warm is liggen we niet in een duinpan. Dan brengt het windje de gewenste verkoeling.

Als we vroeg gaan op een door-de-weekse dag is het heerlijk rustig. Weinig andere badgasten en nauwelijks dreinende kinderen.

Liggend op mijn handdoek luister ik naar het geluid van de aanrollende en zich terugtrekkende golven. De wind strijkt sensueel over mijn huid. Het is en blijft een sensationeel gevoel. Alleen al daarom zou iedereen minstens één keer op een winderig strand moeten liggen.

Braaf volg ik de voorschriften voor het zon-aanbidden. Niet tussen 12.00-15.00 uur in de zon en veelvuldig smeren. Deze zomer ben ik wat factortjes naar beneden gegaan, want ik wil dit jaar weer eens ouderwets bruin worden. Met als ultiem resultaat: bruine benen. Zowel de voor- als de achterkant. Om en om bakken dus.

 

Strandstoel ‘basic’

Nu we vaker naar het strand gaan hebben we bij een ANWB winkel „Strandstoel Basic” aangeschaft. Een „lichtgewicht en makkelijk mee te nemen strandstoeltje met een maximale belasting van 100 kg. Deze strandstoel heeft een aluminium constructie en heeft een sterk 600 denier polyester doek.”

Die 100 kg. belasting daar komen we gelukkig niet aan en het stoeltje is inderdaad erg lichtgewicht. Makkelijk te vervoeren op de fiets. Tenminste met hulp van mijn praktisch ingestelde en met ruimtelijk inzicht begiftigde echtgenoot B. Ik krijg het niet voor elkaar. Na enig geworstel heb ik de handdoek in de ring gegooid.

Op dergelijke momenten denk ik: „Oh oh oh….als ik ooit alleen kom te staan…” Als een pop up screen verschijnt in mijn hoofd het schrikbeeld van zelf vuilnisbakken buiten zetten, belastingformulier invullen, de auto naar de garage brengen voor een onderhoudsbeurt etc. etc. Gek genoeg denk ik er op zo’n moment niet aan hoe lamgeslagen ik dan ongetwijfeld zal zijn van gemis en verdriet. Zodra dát gevoel de kop op steekt schud ik de gedachten van me af….”ach joh, zover is het nog niet. Geniet van de luxe van het samenzijn. Laat het je lekker aanleunen die verwennerij”.

Dank lieve B.

Het is zo’n stoeltje dat voor het grootste deel wegzakt in het zand en dat voornamelijk dient om met je rug tegenaan te leunen. Het geeft de mogelijkheid om behoorlijk wat rechter op te zitten dan tegen het bekende heuveltje van opgehoogd zand. We gaan van handdoek naar stoeltje en terug. Strandstoel Basic voorziet in de op onze leeftijd onontbeerlijke wisselingen in houding. Dat is vooral voor mijn 12 jaar oudere echtgenoot B. belangrijk. Hij is minder lenig dan ik en twee keer geopereerd aan hernia. Zijn rug is zijn zwakke plek. De stijfheid die bij hem optreedt na enige tijd op de handdoek te hebben gelegen is soms lichtelijk ontluisterend.

Gelukkig heb ik daar minder last van. In ’t zand op een handdoekje: mijn lichaam kan het nog! Ik vlei me neer en draai met gemak beurtelings van buik naar rug en terug. Naderhand geen last van spierpijn.

Naar mijn bescheiden mening is het enige minpunt dat dit stuk strand als uitrengebied voor honden is aangewezen. Honden zijn toegestaan „ alle dagen, dag en nacht.” Voor sommigen echter ongetwijfeld een pluspunt.

Weetje

Het naaktstrand van Scheveningen is één van de oudste naaktstranden van Nederland. Op 13 juni 1975 werd door de gemeenteraad van Den Haag een stuk strand van 250 meter dichtbij de grens met Wassenaar aangewezen voor naaktrecreatie. Het naaktstrand was vroeger afgeschermd door een schutting op enkele meters afstand vanaf de duinenrij. Strandwandelaars konden achter de schutting langs het naaktstrand passeren.

 

Links

http://www.lacantina.nl

http://www.naaktstrandje.nl/zuidholland/Scheveningen/Scheveningen.html

http://strand-denhaag.nl/strandslag/scheveningen-noorderstrand

Gedicht ‘Strand van Scheveningen’

strand van Scheveningen

oneindig monochroom
tot aan de einder

met zilver gehoogde golven
raken mijn voeten
trekken zich vervolgens
krachtig terug
richting Engeland

vingers van vlagen
plagen door mijn haren heen
lopen naar benee
over borsten, buik en bovenbeen

omgekeerd graaft
mijn lichaam haar vormen
in het mulle zand

de hand van mijn door
zon en water zinderende metgezel
beweegt zich langzaam
over de huid van mijn rug

’s avonds al
is de afdruk van mijn hete lijf
opgelost in het zoute water
van de Scheveningse zee

 

Persoonlijk & Intiem

Dement. Mijn moeder wordt geweldig verzorgd in verpleeghuis.

22 juni 2014
in het verpleeghuis
kantelde het beeld
verzorgers van mijn moeder
wat zijn jullie lief

moeder, echtgenote, dochter

Ik, 56-jarig 50+meisje ben een gelukkig getrouwde werkende moeder met een studerende zoon, een nog thuiswonende puberdochter en een demente moeder.

Herkenbaar?

Deze week is mijn mammie 89 jaar geworden. Ze heeft al jaren afasie.

Geen woord meer mee te wisselen.

Kent ze me nog?

Maandenlang heeft ze hartverscheurend gehuild. Tranen drupten op de vloer.

Tegenwoordig bijna niet meer.

Ik weet eigenlijk niet wat dat met me gedaan heeft. Nog geen plek gegeven?

Ik weet wel dat ik hier niet op voorbereid was.

mama, jij was ook moeder, echtgenote en dochter

Mama zwom elke week. Ze was het oudste lid van de sportschool.

Ging op een debat club en op Engelse conversatieles. En dat terwijl ze ook zonder afasie geen prater was.

Ze verzamelde ordners vol knipsels over gezonde voeding. Over apparaten en preparaten die haar ouderdomshandicaps konden verminderen.

Wat de dokter van de Telegraaf te zeggen had over macula degeneratie of de allerlaatste vernieuwingen op het gebied van gehoortoestellen: mijn moeder was ervan op de hoogte.

in het verpleeghuis

Nu loopt ze krom (nooit gedacht!) en schuifelt wat door de gangen.

Ze heeft een lieve echtgenoot/broer opgedaan in het verpleeghuis.

Wout is nooit ver weg en houdt een oogje op haar.

„Waar ga je met haar naar toe, ik vertrouw je voor geen cent” zegt hij tegen echtgenoot B. als hij met mama richting lift gaat.

Ik loop mijn moeders kamer binnen en daar staat hij in zijn luier met zijn broek op de knieën.

Hij is lief voor haar. Als ik mama terugbreng van weggeweest lichten zijn ogen op.

Hij aait over haar hand. „Liefde voor het leven” zegt hij dan „en misschien wel meer”.

Soms is zij zijn zus, soms zijn overleden vrouw. Maakt niet uit….het is fijn om te zien dat er ook in deze schemerwereld diep menselijk contact kan zijn.

verpleeghuispersoneel: chapeau!

En bijna altijd is Marja er, de verzorgende van „Fresialaantje”.

Mensen zoals Marja en haar collega’s kende ik niet. Ik wordt zo blij van hen.

Een bewoner onder de poep, zij draaien er hun hand niet voor om. Als het moet gewoon twee keer per dag ff onder de douche.

Nog nooit iemand overdag in pyjama gezien.

In de huiskamer met open keuken wordt elke dag vers gekookt.

Met dank aan de bezorgdienst van AH.

gedicht

mama

mijn hoofd in je schoot
over je schouder, gezicht in je nek
transpiratielucht van fris en jong en energiek

wat ben je lief
wat ben je mooi
iedereen kijkt naar je

ik hef mijn hoofd
kijk naar je omhoog

oneindige gang met murmelende wezens
handen wrijven langs de wand
spruitjeslucht is er heilig bij

in je kamer
komt me tegemoet

daardoorheen breekt bleek
fris en jong en energiek

Heldinnen & Other Animals

Mijn demente moeder wordt geweldig verzorgd in verpleeghuis

22 juni 2014
in het verpleeghuis
kantelde het beeld
verzorgers van mijn moeder
wat zijn jullie lief

moeder, echtgenote, dochter

Ik, 56-jarig 50plusmeisje, ben een gelukkig getrouwde werkende moeder met een studerende zoon, een nog thuiswonende puberdochter en een demente moeder.

Herkenbaar?

Deze week is mijn mammie 89 jaar geworden. Ze heeft al jaren afasie.

Geen woord meer mee te wisselen.

Kent ze me nog?

Maandenlang heeft ze hartverscheurend gehuild. Tranen drupten op de vloer.

Tegenwoordig bijna niet meer.

Ik weet eigenlijk niet wat dat met me gedaan heeft. Nog geen plek gegeven?

Ik weet wel dat ik hier niet op voorbereid was.

mama, jij was ook moeder, echtgenote en dochter

Mama zwom elke week. Ze was het oudste lid van de sportschool.

Ging op een debat club en op Engelse conversatieles. En dat terwijl ze ook zonder afasie geen prater was.

Ze verzamelde ordners vol knipsels over gezonde voeding. Over apparaten en preparaten die haar ouderdomshandicaps konden verminderen.

Wat de dokter van de Telegraaf te zeggen had over macula degeneratie of de allerlaatste vernieuwingen op het gebied van gehoortoestellen: mijn moeder was ervan op de hoogte.

mijn demente moeder wordt nu verzorgd in een verpleeghuis

Nu loopt ze krom (nooit gedacht!) en schuifelt wat door de gangen.

Ze heeft een lieve echtgenoot/broer opgedaan in het verpleeghuis.

Wout is nooit ver weg en houdt een oogje op haar.

„Waar ga je met haar naar toe, ik vertrouw je voor geen cent” zegt hij tegen echtgenoot B. als hij met mama richting lift gaat.

Ik loop mijn moeders kamer binnen en daar staat hij in zijn luier met zijn broek op de knieën.

Hij is lief voor haar. Als ik mama terugbreng van weggeweest lichten zijn ogen op.

Hij aait over haar hand. „Liefde voor het leven” zegt hij dan „en misschien wel meer”.

Soms is zij zijn zus, soms zijn overleden vrouw. Maakt niet uit….het is fijn om te zien dat er ook in deze schemerwereld diep menselijk contact kan zijn.

verpleeghuispersoneel: chapeau!

En bijna altijd is Marja er, de verzorgende van „Fresialaantje”.

Mensen zoals Marja en haar collega’s kende ik niet. Ik wordt zo blij van hen.

Een bewoner onder de poep, zij draaien er hun hand niet voor om. Als het moet gewoon twee keer per dag ff onder de douche.

Nog nooit iemand overdag in pyjama gezien.

In de huiskamer met open keuken wordt elke dag vers gekookt.

Met dank aan de bezorgdienst van AH.

Link

Verpleeghuis Hoge Veld: http://www.wzh.nl/hogeveld?gclid=CNOCldikjb8CFUMUwwodFQ8AvQ

Gedicht

mama

mijn hoofd in je schoot
over je schouder, gezicht in je nek
transpiratielucht van fris en jong en energiek

wat ben je lief
wat ben je mooi
iedereen kijkt naar je

ik hef mijn hoofd, kijk naar je omhoog

oneindige gang met murmelende wezens
handen wrijven langs de wand
spruitjeslucht is er heilig bij

in je kamer
komt me tegemoet

daardoorheen breekt bleek
fris en jong en energiek

Gedicht Persoonlijk & Intiem

56 jaar vandaag. Wel moeder. Nog geen oma.

15 juni 2014
oma worden en zijn
een lief hummeltje in je armen
met handjes en voetjes zo klein

56 jaar

Deze week ben ik 56 jaar geworden. Een 55plusmeisje ben ik nu.

Aan de andere kant van de 55. Op naar de 60.

kleinkinderen

Een zin uit een populair gedichtje voor 60-jarigen luidt: „Toen je een kind was, vond je dat vast een leeftijd die bij oma’s past”.

Officieel ben ik geen oma, maar echtgenoot B. heeft maar liefst vier kleinkinderen. Een beetje oma ben ik dus wel.

En ja hoor, mijn mooiste verjaardagscadeau was toch echt de brief van het jongste kleinkind van negen. De dag voor mijn verjaardag geschreven en ingepakt met de opdracht „morgen pas openen”.

Omdat ik geen ontbijt op bed kreeg (dat is voorbehouden aan moederdag) en zoals gewoonlijk het vroegst op was, had ik alle aandacht voor het openen van dit speciale cadeau. Eerst het nog ingepakte epistel op tafel gelegd, daarna een kopje thee gezet en vervolgens het pakketje geopend en gelezen. Je schiet dan toch vol op zo’n moment.

brief van kleinkind op de dag dat ik 56 jaar werd

De ochtend dat ik 40 werd lag ik in mijn bedje dat heugelijke feit te overdenken en vroeg mijzelf in alle ernst af „wat zou je nu nog echt willen in je leven”. Het eerste wat in me op kwam was: „oma worden”.

moeder

Zolang ik me kan herinneren wilde ik moeder worden. Dat verlangen was sterk. Het gebrek aan een vaste partner was voor mij dan ook geen beletsel om tot daden over te gaan.

Ik werd een BOM: een bewust ongehuwde moeder. Zo heette dat 25 jaar geleden. Tegenwoordig noemen we dit fenomeen BAM: bewust alleenstaand, want wie trouwt er nog.

Ik kreeg een prachtige zoon en acht jaar later een dochtertje via dezelfde ‘constructie’. Ze zijn volbloed broer en zus.

oma

Ik hoop dat ze een beetje opschieten met het produceren van nageslacht. Dan is er kans dat ik nog bij de pinken ben voor de eventuele kleinkinderen. Zoonlief wordt in juli 25 dus ik zou zeggen: go ahead lieve schat. Hij studeert dit jaar af als acteur. Met dat beroep en het huidige cultuurbeleid ligt een vast inkomen niet in het nabije verschiet. Daar hoeft hij dus niet op te wachten. Dan maar wat minder te makken.

bubblewrap children

Het kan sowieso geen kwaad om al die materiële overvloed waar kids tegenwoordig onder worden bedolven een beetje in te perken. Met een pannetje water en wat zand kan je ook keukenprinsesje spelen. Daar heb je geen Little Tikes Super Chef of Kidkraft Vintage Speelgoedkeuken voor nodig en zeker geen supergrote Miele Gourmet International, „met elektronische kookgeluiden”.

Eventuele kleinzoontjes kunnen met oma hamertje tik spelen met stukken hout uit de schuur, een echt hamertje en echte spijkers. Jezelf een keertje op de vingers slaan is reuze leerzaam.

In de media is de laatste tijd aandacht voor ‘bubblewrap children’. Hedendaagse ouders verpakken hun kinderen in figuurlijk bubbeltjesplastic om ze te beschermen tegen vallen en allerlei andere risico’s tijdens het spelen.

Daar ga ik als oma lekker niet aan mee doen.

Maar enfin, zover is het dus nog niet.

En mijn dochter van 17 mag  best nog even wachten.

Links

Niet iedere verjaardag is een feestje: http://www.jarige-job.nl

even nog naar ik hoop

aan de overkant van de heuvel
zal het gras niet groener zijn

heb ik nog tijd van leven
indien geen einde abrupt
als een overval

wordt dor en droog het gras
voor mijn voeten weggemaaid

het verleden verdringt het heden
zwarte gaten tussen grijze stof

als het tegenzit slaan
helpende handen
dood op een stoffig interieur

als het meezit naar ik hoop

slaan helpende handen
liefdevol zich om mij heen

en wordt er niet

in de derde persoon tegen mij gesproken

als het meezit naar ik hoop
blijf ik nog lang mijn eigen nagels lakken
mijn eigen benen scheren

op eigen benen staan

even nog naar ik hoop
blijft mijn ouderdom
een vergezicht