Gedicht Persoonlijk & Intiem

De eindigheid van het leven

4 mei 2016

mijmeren over de eindigheid van het leven – domweg gelukkig op de bank

Gisteravond zat ik lekker op de bank. Zoals bijna elke avond, moet ik eerlijk bekennen. Wat is er fijner dan na gedane arbeid genieten van een spannende detective, talkshow of documentaire.

Soms is er ‘niets op tv’ en lees ik een tijdschrift of de krant. Een enkele keer blader ik door een dichtbundel. Zelden meer lees ik een boek, terwijl ik in mijn jonge jaren toch een heuse boekenwurm was. Tegenwoordig voel ik me te rusteloos om een boek ter hand te nemen.

Maar daarover een andere keer.

op de bank

Gisteravond zat ik dus op de bank, te genieten van een tv-serie en van mijn uitzicht. Nou ja zitten, eigenlijk zit ik nooit op de bank. Ik lig. Met mijn rug tegen de leuning en mijn benen recht voor me.

Terwijl ik daar zo zat -domweg gelukkig op de bank- stroomde mijn hoofd vol met dichtregels. Ik begon te schrijven in mijn altijd-bij-de-hand bloknootje. De eerste zinnen vertolkten mijn opgewekte gevoel. Maar gaandeweg  werd het gedicht melancholischer. Ik werd overvallen door een diep besef van de eindigheid van het leven. En niet voor het eerst. Dergelijke gevoelens zijn me zeer vertrouwd, ze voelen als een goede vriend.

gefascineerd door de dood

Van jongs af aan ben ik gefascineerd door de dood en dat wordt er niet minder op naarmate ik ouder wordt. Als kind liep ik tijdens vakanties en het verplichte kerkbezoek graag over het kerkhof. De teksten op de zerken brachten mijn melodramatische verbeelding op gang. Bijvoorbeeld als ik las dat een echtpaar heel kort na elkaar was gestorven of soms zelfs op dezelfde dag. Dan stelde ik me het stel voor, dat na een lang en gelukkig huwelijk niet zonder elkaar bleek te kunnen. Bij het kindje dat maar een paar dagen oud geworden was, zag ik de door verdriet verscheurde moeder voor me met een inmiddels koud geworden hummeltje op haar schoot. Soms suggereerde een tekst een lang ziekbed of juist een abrupt einde. En hoe triest voelde ik me, als er op de steen slechts een naam en wat data stonden. Zonder “in dierbare herinnering” of iets dergelijks. Ik voelde een postuum medelijden met deze eenzame overledene.

een crypte in Rome

Tijdens mijn studie kunstgeschiedenis in Leiden deed ik onderzoek naar begraafplaats Père Lachaise in Parijs en naar de macabere crypte van de Santa Maria della Concezione aan de Via Veneto in Rome.

eindigheid van het leven

De vijf kapellen zijn versierd met de beenderen van meer dan 4.000 overleden kapucijner monniken. In de ene kapel staren honderden doodshoofden je aan, in een volgende zie je voornamelijk heupbeenderen. De decoratieve elementen zoals rozetten en bloemmotieven en ook de ‘gebruiksvoorwerpen’ zoals de lampen zijn gemaakt van vingerkootjes, knieschijven, jukbeenderen, stuitbeentjes, ribben en wat dies meer zij. Festoenen, harten, kruizen, zeisen, zandlopers en weegschalen, allemaal van hetzelfde menselijke materiaal.

eindigheid van het leven

In de muurnissen hangen complete skeletten van monniken gekleed in hun bruine pij met puntmuts. Zij staren je aan vanuit hun holle oogkassen.

Mocht de memento mori boodschap na vijf kapellen nog niet zijn doorgedrongen, dan wordt het de bezoeker bij het buitengaan nog een keer tekstueel ingewreven:

Wat jij bent, waren wij.
Wat wij zijn, zul jij zijn.

staat er te lezen.

Een variatie op het aloude

Hodi mihi, cras tibi / Heden ik, morgen gij.

Nergens is voor mij de vergankelijkheid van het menselijk bestaan zo levendig verbeeld als in deze crypte in Rome (overigens niet de enige in zijn soort, maar dat even daargelaten.)

directeur van een begraafplaats

Ik werd uiteindelijk zelfs directeur van een begraafplaats en bouwde een crematorium. Dagelijks dicht op dood en rouw.

Vandaar wellicht dat ook in eerste instantie lichtvoetige gedichten bij mij toch altijd eindigen in mijmeringen over de eindigheid van het leven.

Zo ook mijn gedicht van gisteravond.

’s Avonds op de bank

’s avonds op de bank
soms verlang ik er ’s ochtends al naar

niet meer in de benen
die liggen ontspannen
op het zwarte leer

niet mee op de voeten
hun werk is gedaan
op naar de wc gaan
en nog een wijntje halen
na

ik zie dat ik mijn nagels moet knippen
zolang ik nog bukken kan
zolang ik nog kracht heb
te knijpen in die nageltang

’s avonds op de bank is anders
als je er ’s ochtends al ligt

geveld door het leven
zwaar in plaats van licht

geveld door al die jaren
in touw
door het leven te leven

zonder jou

 

Andere interessante posts

1 Reactie

  • Reply Annabel 14 mei 2016 at 14:18

    Mooi

  • Laat een reactie achter